Tuhaf bir çocuk


Het eigenzinnige kind


Bir zamanlar tuhaf bir çocuk vardı, annesinin sözünü hiç dinlemezdi. Bu yüzden Tanrı onu cezalandırdı ve hasta etti. Hiçbir hekim onu iyileştiremedi; sonunda ölüm döşeğine düştü. Mezara gömüldüğünde ve üzerine toprak atıldığında bir kolcağızı yerden havaya doğru uzandı. Onu yeniden gömüp üzerine toprak attılarsa da hiçbir yararı olmadı; kolu hep dışarıda kalıyordu. Derken annesi mezara geldi ve bu kolu sopayla dövdü. Bunu yapar yapmaz kol toprak altına çekildi ve çocukcağız ebedi uykusuna kavuştu.
Er was eens een kind dat nooit naar rede wou luisteren, en het deed niet wat zijn moeder zei. Daarom had onze Lieve Heer geen plezier aan hem en hij liet het kind ziek worden. Geen dokter kon er iets aan doen en kort daarop lag het op 't doodsbed. Het werd begraven en toen er aarde over hem was geworpen, kwam opeens het armpje te voorschijn en stak omhoog, en toen zij het er weer inlegden en er verse aarde overheen wierpen, hielp dat niets; en altijd kwam dat armpje weer naar boven steken. Tenslotte moest de moeder zelf naar het graf gaan en met een tak op het armpje slaan; en toen ze dat gedaan had, trok het armpje naar binnen en nu had het kind pas rust in het graf.